Berlijn, 1942. Hilde sluit zich aan bij verzetsgroep ‘Die Rote Kapelle’. Daar ontmoet ze Hans en is ze, ondanks het voortdurende gevaar voor haar leven, een zomer lang intens gelukkig. Als de Gestapo in de herfst leden van de groep arresteert, is de inmiddels zwangere Hilde een van hen. In de gevangenis blijkt ze een sterkere vrouw te zijn dan ze zelf ooit had kunnen bedenken en weet ze de herinnering aan haar geliefde levend te houden.
‘Die Rote Kapelle’ is een van de door de Gestapo geïdentificeerde ondergrondse verzetsgroepen tegen het naziregime van Hitler. De groep was een bonte mix van vooral jonge mensen met heel verschillende achtergronden. Hans en Hilde Coppi waren er twee van. Regisseur Andreas Dresen en scenarioschrijfster Laila Stieler waren in het bijzonder getroffen door het verhaal van Hilde: een bescheiden, enigszins timide vrouw die -aangewakkerd door fatsoen en liefde - over een enorme innerlijke kracht blijkt te beschikken. Een film over de impact van klein verzet en trouw blijven aan je idealen.
